Ken uw hart
Het hart is een gespierd orgaan zo groot als uw vuist. Het zit iets links van het midden in uw borstkas en voorziet uw lichaam van zuurstof en voedingsstoffen.
Het hart is verdeeld in twee zijden, die worden gescheiden door een spierwand (het septum). Er zijn twee kamers aan elke kant van het hart, een atrium boven en een ventrikel onder. De rechterzijde van het hart ontvangt zuurstofarm bloed van het lichaam via vaten die aderen worden genoemd. Het pompt dit bloed naar de longen, waar het bloed verrijkt wordt met zuurstof. De linkerkant van het hart ontvangt dit bloed uit de longen en pompt het naar alle organen van het lichaam via vaten die slagaders worden genoemd. Het begint bij de grootste slagader, die de aorta wordt genoemd. De kleppen tussen de atria en de ventrikels worden de atrioventriculaire kleppen genoemd (de mitralisklep links, de tricuspidalisklep rechts). Deze voorkomen dat het bloed de verkeerde kant op stroomt. De pulmonale klep en de aortaklep regelen respectievelijk de uitgang van bloed uit de rechter- en linkerventrikel. De kleppen gaan open wanneer een bepaalde druk in de hartkamer wordt bereikt, waardoor bloed naar de long (vanuit de rechterhartkamer) of het lichaam en de organen (vanuit de linkerhartkamer) kan stromen.
Het hart is een spier die uw hele leven lang 60 tot 80 keer per minuut pompt. Het heeft daarom grote hoeveelheden zuurstof en voedingsstoffen nodig om goed te werken. De kransslagaders voorzien het hart van het benodigde bloed.
