Type 2 diabetes is een belangrijke risicofactor voor cardiovasculaire aandoeningen
Ontdek hoe u diabetes kunt voorkomen, hoe de aandoening wordt gediagnosticeerd en welke risico's het meebrengt.
De diagnose diabetes mellitus wordt gesteld wanneer de bloedsuikerspiegel meerdere keren hoger is dan normaal. Normale waarden zijn 126 mg/dl of lager voor nuchtere bloedsuikerspiegels en 200 mg/dl of lager voor niet-nuchtere bloedsuikerspiegels. Bij twijfel wordt een orale glucosetolerantietest uitgevoerd. Daarbij drinkt de patiënt glucose en wordt na twee uur de reactie van het lichaam (bloedsuikerspiegel) gemeten. Als de bloedsuikerspiegel na twee uur hoger is dan normaal, wordt de diagnose diabetes gesteld. Als het resultaat normaal is, wordt diabetes uitgesloten. Een andere bloedtest die door uw arts kan worden aangevraagd, is geglycosileerd hemoglobine A1c (HbA1c). Dit is een marker van de langdurige glucosespiegels, waarbij niveaus van 6,5% (48 mmol/mol) of hoger wijzen op diabetes.
Er zijn twee soorten diabetes: type 1 wordt gekenmerkt door geen of weinig productie van insuline en manifesteert zich meestal tijdens de kindertijd. Bij diabetes type 2 zijn de insulinespiegels normaal of hoog zijn en is het lichaam resistent tegen de effecten van insuline. Deze vorm manifesteert zich op volwassen leeftijd.
Negen van de tien diabetespatiënten hebben diabetes type 2, wat het leven met gemiddeld tien jaar verkort. Ook neemt het aantal jaren in goede gezondheid hierdoor af, als gevolg van vroege hart- of nieraandoeningen. Als welvaartsziekte hangt diabetes type 2 sterk samen met een gebrek aan lichaamsbeweging en obesitas, evenals met een minder gezonde voeding.
Diabetes type 2 kan worden voorkomen door lichaamsbeweging, evenwichtige voeding en het behoud van een gezond gewicht.
Mensen met diabetes hebben twee tot vier keer zoveel kans om tijdens hun leven een hartziekte te ontwikkelen. Alle personen met diabetes moeten worden onderzocht op de aanwezigheid van hartaandoeningen.